Pieter de Bodt (1916-2013) ‘Scheepshelling’
olieverf op doek, afm. 29 x 23 cm. gesigneerd links onder ‘Piet de Bodt’ Op spieraam achterzijde titel ‘Scheepshelling’
Literatuur:
-Realiteit in geabsorbeerde beelden. Schilderijen en pentekeningen van Pieter de Bodt’. Catalogus bij een tentoonstelling in het voormalig Musuem Kempenland. Eindhoven 1986.
Vergelijk ‘Scheepshelling’ met het schilderij van een scheepswerf op het omslag van deze catalogus.
Pieter de Bodt (1916-2013), ‘Zaamslag’ , Zeeuws landschap met boerderijen
olieverf op doek, afm. 40 x 50 cm, gesigneerd en titel ‘Zaamslag’ op spieraam achterzijde
te dateren ca. 1970
Pieter de Bodt woonde en werkte lang in Zeeuws-Vlaanderen. Hij kocht in 1961 het huis ‘De Hoogte’ in Zaamslag. vanaf 1967 was hij hoofddocent aan het Zeeuws Instituut voor Kunstzinnige Vorming. Vanaf 1984 tot aan zijn overlijden op hoge leeftijd woonde hij in het vestingstadje Heusden. Hij is vooral bekend geworden om zijn weidse en verstilde Zeeuws-Vlaamse landschappen.
Literatuur:
‘Realiteit in geabsorbeerde beelden. Schilderijen en pentekeningen van Pieter de Bodt’. Catalogus bij een tentoonstelling in het voormalige Museum Kempenland in Eindhoven 13 december 1986 t/m 8 februari 1987.
– Ad Beenhakker ‘Naar Zeeland, Schilders van het Zeeuwse landschap’ Den Boer/De Ruiter 2016, pag. 106 e.v.
Pieter de Bodt (1916-2013), Sneeuwlandschap
olieverf op doek, afm. 35 x 50 cm, gesigneerd rechts onder, te dateren 1956
herkomst: Collectie Nuon (sticker achterzijde)
Pieter de Bodt geboren in Oosterhout woonde en werkte lange tijd in Zaamslag in Zeeuws-Vlaanderen. Hij is de schilder van het weidse en verstilde Zeeuws-Vlaamse landschap. Hij was lange tijd docent aan het Zeeuws Instituut voor Kunstzinnige Vorming in Terneuzen.
Literatuur:
– ‘Realiteit in geabsorbeerde beelden. Schilderijen en pentekeningen van Pieter de Bodt’ Catalogus bij een tentoonstelling in het voormalige Museum Kempenland in Eindhoven 13 december 1986 t/m 8 februari 1987.
– Ad Beenhakker, ‘Naar Zeeland, Schilders van het Zeeuwse landschap’ Den Boer/De Ruiter 2016, pag.106 e.v.